zaterdag 22 juni 2024

atoomklokken corrigeren

           Atoomklokken tikken op Aarde langzamer dan in de ruimte, waar de zwaartekracht kleiner is. Dat zou bevestigd moeten worden door zo'n klok op de Maan. Dit is wat de algemene relativiteitstheorie stelt. Voor de driehoeksmeting het GPS systeem lijkt het niet uit te maken. Maar Vasily Yanchilin meent al sinds 2003 (in zijn boek The Quantum Theory of Gravitation) dat de tijd sneller verloopt op Aarde dan in satellieten. Hij voert hiervoor aan dat een foton aan het principe van least action gehoorzaamt: het zoekt nabij massa een route met zo groot mogelijke stappen (lagere frequentie) en daarvan zo weinig mogelijk. Waargenomen wordt niet een passage vlak langs die massa maar op afstand (lenseffect). Ook beschrijft hij in zijn boek roodverschuiving die zijn stelling bevestigt. 
Te onderzoeken is of atoomklokken mogelijk afwijken van de werkelijke tijd. Sedert de Schepping is er overal in het heelal evenveel tijd verstreken, maar klokken lopen ongelijk doordat het tempo van fysische processen afhangt van de lokale gravitatiepotentiaal. Dat is een scalair en verandert binnen een atoom eendimensionaal. Als elektronen naar een andere schil gaan zijn daar twee dimensies (denk aan oppervlak) mee gemoeid. Die zou kunnen betekenen dat de daarmee gemoeide energie groter is dan bij verplaatsing van iets langs een rechte lijn. Dan zou Yanchilin gelijk kunnen krijgen. Volgens dat principe van least action heeft hij dat al en is de algemene relativiteitstheorie onjuist. Dat fysische processen sneller gaan nabij grote massa blijkt ook uit het razend hoge tempo in het Begin. Dat overigens niet voort hoeft te komen uit een oerknal van een punt, want een punt is een wiskundig begrip en bestaat in de natuurkunde niet omdat het geen afmetingen heeft. Er bestaan dan geen zwarte gaten waar de tijd stil komt te staan en die foto was een bedriegelijke compositie met precies een opening richting Aarde in de stralingsgordel rondom. Misschien zijn de vermeende zwarte gaten resten van het spul voordat er doorzichtigheid kwam of nieuwvormingen. 
Daar energie een massaequivalent heeft doet een reizend foton de massaverdeling in het universum veranderen en om de variërende gravitatiezones te passeren is er energie in het spel. Komt die van buitenaf of levert het foton die zelf? In het laatste geval ontstaat er roodverschuiving en moet de tijdschaal van het heelal daarop aangepast worden.
 

Geen opmerkingen: