maandag 27 maart 2017

LEZEN (verzamelen)


           inleidend straattheater: Hoe verder met......


Een piepklein oud caravannetje staat in tv versie voor een rotswand in de Sinaï woestijn; of anders staat er naast de caravan een schildersezel met een rotsplaat erop. Een late twintiger komt uit het caravannetje met een enorm vergrootglas en bestudeert de tekens op het  gesteente, die veel weg hebben van schrift, zoals vaak voorkomt ginds in die Sinaï. Met arm, hand en vingers gebaart hij wat de tekens voorstellen terwijl hij door het vergrootglas kijkt. Dan houdt hij op, gaat peinzend rechtop staan, krabt zich op het achterhoofd en zegt, half naar het publiek gewend:

Net wat ik dacht, onbegrijpelijk; het lijkt wel godenschrift.

Hij richt zich tot het publiek: Ik bedoel, kijk ik ben geolooog en dit gesteente zit vol fossiele resten die net lijken op een vreemd alfabet. Als je het voor het eerst ziet denk je: Wie heeft daar iets opgeschreven. Maar dat is niet zo. Het is gewoon de Natuur die van alles door elkaar gehutseld heeft. Best grappig van die Natuur om de mensen eens in het ootje te nemen met een andere illusie dan bijv. een fata morgana, u weet wel een luchtspiegeling van een oase met palmen en water als je in de woestijn verdwaald en uitgedroogd bent. Ter illustratie veegt hij zich over het voorhoofd.

Hij kijkt nog eens naar het gesteente, ook met het vergrootglas, schudt dan het hoofd: Nee, hier staat niets zinnigs; er zijn alleen maar willekeurige insluitsels in het gesteente. Hij glimlacht: Dat wist ik natuurlijk van tevoren al, maar je wilt toch even kijken. Gewoon nieuwsgierigheid, maar ook bewondering voor het esthetisch aansprekend patroon.

Een oudere man in joodse kledij komt aanlopen en zegt: U schudde uw hoofd van neen?

G knikt en glimlacht: Ja, 't is mooi, maar volstrekt nietszeggend dat vermeende schrift en hij wijst op de tekens.

J: Kan het zijn dat u niet begrijpt wat er staat?

G: Och, mijn kennis is beperkt; ik zie resten van fossielen maar die zijn half vergaan en kan ik niet een twee drie thuisbrengen.

J: Hier, in deze contreien (waar deze steenplaat vandaan komt) kreeg Mozes de Stenen Tafelen.

G: Stenen Tafelen, u bedoelt dat grote wetboek uit de Oudheid?

J: Inderdaad, dat zegt u goed: het Wetboek; met een hoofdletter!

G: De Tien Geboden dus, die ken ik wel.

J: Mozes nam ze mee toen hij van de berg af kwam.

G: Stonden er bovenop die berg wel begrijpelijke tekens, letters en woorden vormend?

J: Was dat nodig? De psalm vertelt dat de Natuur van God getuigt. Mag dat op een eigen manier van die Natuur? Zonder dat het in het hebreeuws, grieks, hollands geschreven staat?

G: Zit wat in. In de wetenschap is de Eerste Oorzaak totaal onbekend. Maar goed ook. Anders zouden wij  misschien onder een regiem daarvan vallen en onze vrijheid begrensd zien of zelfs kwijt raken.

J: Niemand is werkelijk vrij om te doen en laten wat hij wil.

G: Klopt, er zijn beperkingen maar die dienen ten goede. We moeten met elkaar samen leven en dat ook met de dieren.

J: Wij joden hebben van Mozes meegekregen dat God de regels stelt.

G: Goed, die Tien Geboden. Maar niet al dat verdere gedoe, u weet wel.

J: Die zijn voor ons nuttig om in het goede spoor te blijven.

G: Wetenschappers tillen daar niet zo aan. Het godsbeeld van veel mensen is sterk verouderd. Vroeger had je geen machines en geen computers; dus toen moest de godheid wel met aan de mens ontleende termen aangeduid worden.

J: Men mag zich geen beeld van God maken.

G: Kan ook niet, zou dat beeld echt willen zijn. Wij praten liever over de Schepper als Eerste Oorzaak en vanwege de er aan gekoppelde intelligentie zal het geen Het met hoofdletter zijn, maar dus een Hij. Of een Zij bij landbouwvolken.

G tot het publiek: Die niet alles regelt maar wel alles bestuurt.

G: De Tien Geboden zeggen over God dat Hij ons uit de slavernij van de piramidale maatschappij gehaald heeft. Met Uittocht zo nodig dwars door de woestijn.

G: Snap ik, Uittocht naar echte democratie van gelijkwaardigen zeggen we tegenwoordig. Maar joden houden toch wel een beetje van de Mammon en die is heel tevreden over Amerika met z'n kapitalisme en over Den Haag met verwerping van art 1.

J: Welk art 1?

G: Art 1 van de Verklaring van de rechten van de mens: Ieder wordt geboren vrij en gelijk in rechten. Het vormt grondslag van de Verdragen der Europese Unie en is daarom volstrekt geldig. Maar "Den Haag" saboteert het, zowel kabinet, parlement als Justitie.

J: Da's bepaald onchristelijk en niet humanistisch, maar niks nieuws.

G: Inderdaad, 't was altijd al zo met regenten, slavernij, kolonialisme. Al eerder in de Middeleeuwen met feodaliteit.

J: En nog verder terug want de Friezen van jullie waren ook niet vrij van rang- en standsverschil; zij het in mindere mate.

G: Die lui, nu Friezen genoemd, waren waarschijnlijk immigranten uit Skandinavie. Kijk maar naar hun blonde haren en blauwe ogen. Rond het jaar nul en al eerder trok men van de drentse zandgronden naar de vruchtbare klei langs de wadden. Ik merk trouwens op dat ook veel israeliers blauwe ogen of blonde haren hebben. We zijn aan elkaar verwant.

J: Pardon?

G: Joden zijn verwant geraakt aan de rest van de mensheid. Men kan het ook andersom stellen: de mensheid is verwant aan de israeliers.

J: Dat geldt toch niet zo voor arabieren.

G: Nee, nog niet, of eigenlijk wel als je nagaat dat zij claimen ook van Abraham af te stammen.

Er komt een tamelijk jonge vrouw op, gekleed in het zwart en met hoofddoek als moslima.

M: Goedendag, mijn man is ziek en daarom kom ìk u vragen deze rotswand (deze stenen plaat) niet te beschadigen door er een stuk van af te hakken. Ze wijst op de geologenhamer die G even met een zwaai van zijn arm laat zien. Hierop staan de mooiste tekens uit de hele omgeving (het gebied van oorsprong).

G grappend tegen J: Behalve misschien bovenop die berg van Mozes....

M: Wij willen dit graag aan de toeristen laten zien.

G: Moeten die er voor betalen?

M: Nee hoor, het is inbegrepen in de prijs voor de excursie van een hele dag.

G: Wat vertelt u er bij als ze het bekijken?

M: Dat ligt er aan. Soms niets, als ze er niet om vragen. Anders vertellen we over Mozes die iets soortgelijks ontving op twee stenen tafelen.

J: Zegt u ook wat er op stond, op die twee Stenen Tafelen?

M: Jawel, als ze dat vragen.

J: Dan weet u zelf dus ook dat de Tien Geboden er op geschreven waren.

M: Zeker, die heeft de profeet Mosa bekend gemaakt.

J: En de Koran is van Mohammed. Wie van beide schat u hoger?

M: Ach, dat moet u niet vragen aan eenvoudige mensen zoals ik. Beide ontvingen boodschappen uit de hemel.

G: Van Boven, uit de hemel, maar het is toch de Natuur die hier bezig geweest is?

M: Dat zal best; wat maakt het uit hoe Allah ons bericht geeft hoe te leven.

G: Dat is dan wel steeds doorverteld en zo komen er fouten in. Vandaar ruzie en godsdienstoorlogen.

M: Niet iedereen doet daar aan mee. Jihad betekent niet mensen bestrijden maar ijveren voor Allah.

J: Dat loopt dan kennelijk af en toe spaak.

G tegen publiek: Zij, hij wijst op M, lijkt een verlichte moslima. Zo van laat duizend bloempjes bloeien. Komt vast doordat zij niet in arabierenland onderwijs gehad heeft.

M tegen G: Ik hoorde u wel. Nee, ik heb in het Westen gestudeerd en de Koran is natuurlijk het woord van Allah, maar net als het verhaal van Sinterklaas en Zwarte Piet kan dat op verschillende manieren verteld worden; al naar de leeftijd van de toehoorders, hun sociale plek enzovoort.

J: De Tien Geboden moeten wij letterlijk nemen. Daar kan geen punt of komma bij of af, laat staan woorden.

G: Gelukkig maar. Waar zijn we als de ezel geen sabbath krijgt, niet ontspannen mag rondscharrelen in een natuurlijke omgeving. De hele bio-industrie is een grote schande. Met opgeheven vingertje: De pastoors en dominees verzuimen eigenlijk er op te wijzen dat je daarmee in de hel belandt. Pats boem, hij klapt in de handen, niks hemel waar je zo je best voor deed met vooraan in de kerk zitten.

J instemmend: Je mag de Schepper niet tekort doen door egoïstisch de dieren te kleineren en te mishandelen.

G: Er staat geschreven dat de hoek van de akker voor de vreemdeling en het wilde dier is.

J: De opbrengst ervan, hoewel het dier nog niet genoemd werd toen de mens nog niet alles ingepikt had.

G: Het Amazone-oerwoud, de Noordpoolstreken, de Sahara, de Himalaya moeten losgemaakt worden van staten om puur domein van wilde flora en fauna te zijn.

M: Net als Antarctica al is?

J: Vergeet niet dat er twéé stenen tafelen waren, niet slechts één.

G en M: Hoe bedoelt u?

J: Nou, het eerste gaat over God; het eerste is het belangrijkst.

G: Maar de samenvatting, de twee Grote Geboden genoemd, worden beschouwd als aan elkander gelijk.

J: Hoe zou het anders kunnen. Het Tweede Grote Gebod, dat dus al duizenden jaren oud is, omvat art 1 der Verklaring van de rechten van de mens en is zelfs meer, want niet vrijblijvend maar dwingend: "Respecteer en help de ander want hij/zij is als uzelf."

G: Ziezo, dat kunnen de politici ter harte nemen.

J: Leg eens uit.

G: Doe ik, maar willen jullie wat drinken? Ga zitten, hij pakt stoeltjes en zet die voor hen neer. Ik haal even uit de caravan. Hij gaat naar binnen.

J en M: Wij helpen wel even. Zij gaan ook het caravannetje binnen en allen komen er weer uit met dienbladen waarop drankjes aan het publiek geboden worden en uitgedeeld. Daarna gaan M en J zitten. G pakt de rugleuning van de stoel waar hij achter staat en houdt een rede: Luister, ik zal jullie wat zeggen. Maar eigenlijk weet iedereen het al.

Gemeten aan art 1 van de universele Verklaring, van de rechten van de mens, dat wat Brussel, de europese hoofdstad onderschrijft maar niet handhaaft, is ons land zo corrupt als maar van pas komt. Want als we gelijkwaardig zijn moet er immers gedeeld worden. Macht delen betekent niet blijven plakken en alsmaar uit de staatsruif eten maar rouleren! Dat geldt voor presidenten na acht jaar en moet ook gelden voor ministers, kamerleden, ambtenaren, professoren en zelfs politie, want die is met 14000 onrechtmatige aanhoudingen, vrijheidsberovingen! in een jaar tijds hard aan het afglijden naar fascisme. Er is geen gezonde samenleving mogelijk met bazen en hun politie die gewone mensen overheersen en onder de duim houden. Rouleren zeg ik, anders weet ik het ook niet. En banen delen, goede banen delen; geen flutbaantjes scheppen voor vermeende minderen. Zo hoort het in een goede republiek. Maar willen de stommelingen een republiek? Albert Heyn weet dat zij zich liever vol vreten met plofkip. Het zijn egoisten, anders niet; zonder respect voor dieren behalve een kleine minderheid. Ja ze houden van hun honden over wie zij baas kunnen spelen en laten die uit in park en bos. Om klein wild op te jagen en te verjagen. Kinderen beleven er nooit echte natuur omdat zij al opgevoed werden met de hond. Die thuis van de bio-industrie vreet en daarna echte dieren achterna zit. Vos en wolf houden zich tenminste koest na verzadiging. Ik dwaal af. Het is ook zo moeilijk om in je eentje alles goed onder woorden te brengen. Hoewel in m'n eentje? De wereld is toch vol boeken waarin de goede dingen uit de doeken gedaan worden. En elke zondag kun je daar nog een schepje bovenop krijgen in een kerk waar de Wet voorgelezen wordt. Hij voegt er aan toe: En men hopelijk geen kwezelversjes zingt uit dat Nieuwe Liedboek of de organist de gemeentezang laat overstemmen.

J: Daarvoor hoef je niet persé in een kerk te zijn.

M: Vind ik ook.

J: Laat mij uitleggen hoe de wereld wel en niet zou kunnen draaien.

M glimlachend: U gaat ook een rede houden?

J knikt van ja, heft de handen omhoog bij de uiteenzetting: Hoor! Wij joden belijden: Hoor, de HERE God is Eén. Maar de paus van Rome kan niet lezen, wil niet lezen. Hij heeft toch het evangelie van Johannes en dat begint met het verhaal van de schepping. Kijk, een machtig vorst spreekt een woord en de dingen gebeuren dienovereenkomstig duizend kilometer verderop. Bij de schepping was er niemand van ons mensen aanwezig om te observeren en een precies verslag te leveren. Dan is het technisch uitstekend wat de auteur van dat Johannes-evangelie doet: God spreekt een woord; dat woord stond voor God die ver weg is en die wij verder niet kenden. Maar de roomsen en met in hun kielzog de ouderwetse protestanten maakten van dat woord, dat in het grieks logos is, een halfgod, uitmondend in Drie-eenheid. Ketters zijn het en dat zie je ook in de laatste Bijbelvertaling. Van "in de boezem des Vaders" maakten deze heidenen "die God is". Alsof er geen Tien Geboden zijn met "Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben".

M: Helemaal mee eens. Wij moslims weten dat de christelijke Bijbel deels vervalst is. Dat evangelie van Johannes lijkt na het eerste hoofdstuk niet alleen in het grieks maar ook op zijn grieks geschreven te zijn, met modellering van een godenfamilie.

J: De Johannes van hoofdstuk 1 is gewoon even poëtisch bezig. Ik ben vertaler en kan dat zeer waarderen. Hij heeft het over licht van Boven, hij wijst omhoog, en de Messias van de christelijken is twee handen op één buik met God. Fysieke relatie is onzin als je het goed leest want "vader en zoon" betekent in het Midden Oosten vaak twee handen op één buik, in woord noch daad van elkaar te onderscheiden. En eniggeboren zoon kun je begrijpen als enige die vanaf geboorte de nieuwe hogere status kreeg.

G: Nieuwe hogere status?

M: Het Oude Testament, het oude Verbond met Israel, schildert mensen als knechten van God. Knechten willen loon, beloning. Maar de Messias brengt het Nieuwe Verbond: van knechten kunnen de mensen kinderen worden. Let op: Een kind zit bij Pa aan tafel, maar het moet opgevoed worden. Dat behelst kennelijk lief en leed doormaken want anders dreigt het een automaat of zombie te worden. Er is geestelijke evolutie bedoeld en in het spel. Dat spreekt toch aan. Wat heb je aan een lichaam als er geen geest in huist. Dat lichaam overigens.....hij gebaart met zijn handen een gestalte,....als je dood gaat zijn er genoeg engeltjes om even een chip te maken voor een latere reprint. Niks toverij, niks zelf aan opstanding doen; ook de Messias, de Gezalfde niet, maar zoals men vroeger zei opgewekt worden en zoals men thans kan zeggen een reprint krijgen. Met hoogstwaarschijnlijk een mooi lichaam naar keuze. En toch blijf ik joods, 'k wil niet christelijk zijn. Waarom niet? Heel eenvoudig: Het Oude Verbond blijft onverminderd van kracht en wat zegt nou een etiket of je christelijk danwel een jood bent. In het Paradijs eten we allemaal van dezelfde tafel en het is goed om je op het Ondermaanse daar op voor te bereiden. Indien ik als jood aan die paradijselijke tafel mag zitten dan mijn mede-joden ook toch?!

M: De Koran bevestigt dat er plaats is in het Paradijs voor joden, christenen en moslims, al hebben de laatsten, mijn soort dus, een streepje voor omdat wij ons voor Allah inspannen.

G: Nou, die indruk had ik niet. Mohammedanen laten maar Gods water over Gods akker stromen. Allah doet wat Ie wil maar ga verder, misschien heb je een paar goede argumenten.

J: Daar ben ik ook heel benieuwd naar.

M: Laten we met de kleine zaken beginnen, bijv. aalmoezen geven, zo een tien procent van je inkomen.

G: Ik betaal fors meer belasting.

J: Dat krijg je toch terug aan voorzieningen!

G: Christenen moeten extra belasting betalen in echte moslim-staten.

M: Tuurlijk, en wel hierom: Omdat zij zo weinig aalmoezen geven. Maar ik geef toe: moslims doen het vooral om in het Paradijs te komen. Als je ziet met wat voor rommel zij de buren opschepen weet je dat het egoïsten zijn, net als de kapitalisten en de socialistische leiders en de professoren die voor het leven in hun overbetaalde positie blijven zitten en niks uitleggen aan hun studenten over hoe je moet delen; dat je hoort te rouleren, ze wijst naar G, met de bekwame lieden die voor de poort staan.

G: Da's waar; ze praten er niet over met de jeugd hoe zij zelf de boel belazeren. Kennisoverdracht is op zich niet duur en velen zijn er toe in staat; maar ja, de hebzucht pakt macht en houdt concurrenten verre. Dat is nota bene al het geval in de wetenschappelijke bibliotheek die met belastinggeld betaald wordt. Daar worden zelfs abonnementshouders die niet tot het eigen kringetje behoren tegengewerkt door voor hen het Internet deels af te sluiten. Het schorum dat de universiteiten momenteel leidt streeft naar status, zelfs op de Vrije Universiteit die duidelijk van God los is. Ze sporen de studenten aan om carrière te maken, medemensen voorbij streven en baas over hen worden. Ze praten er in het engels zodat gewone mensen die het geld ophoesten buitengesloten worden; negentiende van de bevolking kan allesbehalve vlot een roman in een vreemde taal lezen, dus.... allesbehalve christelijk toch qua gewenste nederigheid en mededeelzaamheid.

M doet haar hoofddoek af. Tegen het publiek: Die had ik om omdat ik het koud had, omdat ik een beetje verkouden was. Ja vroeger, in de Arabische woestijn, moesten vrouwen wel een sluier dragen want het stikte er van rovers. Een man is nu eenmaal fysiek sterker dan een vrouw en als de echtgenoot niet oppaste werd zijn vrouw geroofd, geschaakt of hoe je het noemen wilt. Ze lacht: Dan kwam een sluier goed van pas om zijn schat te verbergen. Het zal Allah een zorg zijn of ik een hoofddoek draag. Hij heeft wel wat anders om mee bezig te zijn. Het is vreselijk jammer dat in Arabische landen er alleen mannen in de café's zitten. Vrouwen kunnen hen immers helpen om van dat rare imago van "ik ben beter'" af te komen. Zonder omgang met goede vrouwen raak je behoorlijk achter, vind ik.

G: Ik hoorde zojuist dat in arabische landen de anders zo drukke terrassen opeens leeg zijn omdat de mannen besloten hun overal neergesmeten afval eens totaal en volledig en blijvend op te ruimen. Aldus de onderste trede van de ladder der beschaving betredend.

M: Ach, aan het uiterlijk kent men niet de ware mens. Waarom dan wel aan afval?

J: Joodse vrouwen en christelijke eveneens dragen soms ook wel hoofddoeken. Maar daar zit meestal niet veel religieus behangsel meer bij.

M: Ik wou dat we allemaal ons prettig kunnen kleden; ook vrij van die momentele idiote Italiaanse mode met nauwe broekspijpen. 't Is geen gezicht en dan hebben ze bovendien bijna allemaal zwarte kleren aan.

G: Een hoedjesparade vind ik wel leuk.

M: En ik een pettenparade. Ze lachen alle drie.

M: Waar was ik gebleven? O ja, de moslimgewoontes die niet deugen.

G: Inbegrepen de tocht die je als vrome naar Mekka moet maken?

M: 'k Weet het niet. Het lijkt wel goed dat gelovigen met zoiets op de neus gedrukt worden....dat ze godsdienst niet moeten verwaarlozen.

G: Kan het niet zonder God, Allah of Jaweh?

M: Dan krijgt Mammon teveel kans. Dat weet je best en atheïsten moeten zelf maar zorgen daar geen knecht van te worden.

J: De Mammon houdt van hoog boven laag, van meerderen boven minderen, van kapitalisten die baas zijn over arbeiders.

G staat op en zamelt de lege blikjes in bij het publiek.

Een jonge vent in nette versleten spijkerbroek met pet, klep achterwaarts, komt moe en sloffend op, ziet G bezig en vraagt: Kan ik hier iets te drinken kopen?

G: Niet kopen, wel krijgen.

V: Ik heb geld, hoor.

G: Niet nodig; er is volop, kies maar: cola, sinas, spa? en hij houdt hem drie blikjes voor, waaruit V met een lichte hoofdknik de cola neemt.

V: 'k Miste de bus, 'k zag hem wegrijden, de chauffeur keek niet even in de spiegel. Kleine pauze. Of misschien keek hij wel.

J staat op en zegt tegen V: Ga maar even zitten.

V valt neer op de stoel, een soort ligstoel met naar achteren te klappen rugleuning, en sluit de ogen met de pet er over heen getrokken, uitrustend.

M: Waar was ik gebleven. O ja, nog even over de profeet Mohammed. Hij toch stelde aan de kaak dat de christenen het evangelie vervormd hadden: God vergeeft om niet en joden zoals de discipelen drinken geen bloed.

J knikt instemmend.

M: Dat Avondmaal in de kerk, laat me niet lachen, het is om te huilen. De mensen krijgen een miniem stukje brood en gaan dan rap naar huis om apart biefstuk respectievelijk gehaktbal te nuttigen.

J: Slechte voorbereiding op het Paradijs, dunkt me.

M: Ik denk dat ik daarom bij de moslims hoor. Zo'n christelijke wereld wil ik niet.

G: Zijn de moslims in de praktijk niet even erg met enorm verschil tussen rijk en arm?

M aarzelend: Eigenlijk wel en helaas de joden ook.

J haalt de schouders op.

M: Maar ik haat pantheïsme en moet daarom ook niets van Drie-eenheid hebben.

J: Precies: geen andere goden voor Gods aangezicht; geen Mammon en geen Logos, dat kreeg die Mohammed goed door.

M: Hoe Mohammed dat door kreeg is niet zo relevant en als vertaler (tegen J) weet u dat er vele wegen naar en van de geest gaan.

J klapt in de handen en roept: Bravo!

V wordt van het geklap wakker (was half in slaap gesukkeld), wrijft zijn ogen uit.

G wendt zich naar hem toe: Te moe voor de disco?

V: Ach disco, mijn oren bederven en de uitbater spekken?

M: 't Is een soort veemarkt. Langs elkaar heen schuren is net als aaien.

G: 't Zijn altijd de meiden die kiezen, al heet dat bij de kerels dat zíj versieren.

M: Alleen lichamelijk contact leidt later snel tot scheidingen.

J: Genoeg hierover. Laten we ons weer bij ons onderwerp bepalen.

V: Waar hadden jullie het dan over?

G: Waar hadden we het over. Ik ben hier om deze tekens, hij wijst daar naar, te bekijken; te bestuderen is teveel gezegd, want het stelt niets voor.

J: Het stelt wel degelijk wat voor.

M: Ja, ja, het geheimschrift van God. Ze lacht.

V: Snap ik niet.

G: O.K., Mozes, belangrijk man in de godsdienst, kreeg twee stenen tafelen waarop Gods wet geschreven was. Misschien met net zulke tekens als hier op staan -hij wijst naar het gesteente- als je dat wilt geloven.

J: Het gaat niet om het uiterlijk, niet om het schrift maar om de inhoud.

M: Die inhoud zijn de Tien Geboden en die hebben we -ze wijst- moslims, christenen en joden samen. De Tien Geboden komen van de Schepper, de Eerste Oorzaak, Allah, God enzovoort.

V: Mij best, op school niet over gehoord.

J: Daar heb je het al: primitieve onderwijzers, zelfs professoren die jeugd niet de nodige kennis bijbrengen. Incomplete opvoeding.

V: Ik kan er toch wel zonder?

G, J en M: Neen, absoluut niet!

G: Print desnoods alleen de samenvatting in je hoofd: respecteer en help de ander want hij is als jijzelf, zo wil het de Schepper en daarom valt Hij te prijzen.

J: Wie je naaste is kun je lezen in het Nieuwe Testament.

M: Ook in de Koran want wie één mens helpt die helpt de hele mensheid.

G: Pas op voor fascisme. Aan kapitalisme schijn je al een hekel te hebben omdat je liet blijken niet gediend te zijn van disco-ondernemers die snel veel poen willen binnenhalen. Maar fascisme bedient zich van regeltjes en foute wetten. Als we de Tien Geboden niet hadden zouden de mensen kunnen menen dat foute wetgeving wel in orde is.

M: Je hoeft niet persé te geloven dat die Tien Geboden van God afkomstig zijn. Van Mozes of andere mensen mag desnoods ook.

J: Waarom het gaat is dat de Tien Woorden als beste gelden in werkelijke beschaving.

G: Ga je naar de universiteit dan heb je daar fascistische regelingen zoals hinder voor wie kennis op wil doen maar niet tot het eigen elite volkje behoort. Dat regelen de professoren om zelf hoger te lijken en de studenten slikken het zonder verzet, zonder op te komen voor ja, voor hun naasten buiten de poort.

V: 'k Zal er eens over nadenken. Ik ga nu verder. Gegroet en bedankt voor de cola. Hij steekt een hand op ter groet, de anderen beantwoorden het idem. Hij af.

G wijst weer naar de tekens: Wij zien wat ,lijntjes maar binnen zitten puntjes, atomen zoveel als het getal van Avogadro; volstrekt onbegrijpelijk, onmogelijk om je daar een goede voorstelling van te maken. Als je al de atomen van een grammolecule op één lijn zou leggen......

M: Pi is ook een mooi getal, niet te kennen.

G: Ha, toch wel, ik bedoel dan de pi reinvented, de speciale pi.

J: Leg eens uit, professor.

G: Alle wetenschappers zijn het er over eens dat nabij massa de lengtemaat krimpt. Tussen haakjes worden zo de afstanden groter. Als je dan bij een cirkel een stukje massa voegt, dichterbij of verderaf, kun je een begrensde pi krijgen.

M: Grappig, en hoe zit het met Zwarte Gaten?

G: Die bestaan niet. Bij krimpen van de lengtemaat worden atomen kleiner en krijgt de straling van elektronen hogere frekwentie. Dat betekent sneller tijdsverloop nabij massa, geheel in overeenstemming met het hoge tempo rond de zeer geconcentreerde Big Bang.

J: Dus Einstein had ongelijk?

G: Jawel, zwarte gaten, negatieve energie, kosmische inflatie. 't Is allemaal fantasie. Lees het boek van Vasily Yanchilin.

M: Nooit van gehoord.

G: Is niet te krijgen in de boekhandel. Wel beschikbaar maar ze willen het niet verkopen. In de donkere Middeleeuwen ging op de brandstapel wat voor gevestigde autoriteit onwelgevallig was. Nú boycot Wikipedia.

M: Hoe kan dat!

J: Nú zitten we in het heden. Aarzelend: het probleem is hoe.....nu verder.

M: Hoe?

G: Hoe?

J: Hoe!

G: Jawel; verder met de Europese Unie om dat "Den Haag" mores te leren.

M: WAT?

G: Om Den Haag art 1 der Verklaring van de rechten van de mens te doen accepteren.

J: Art 1 tekent gelijkwaardigheid. Dat is niet mogelijk in een monarchie met een schertsfiguur als rookgordijn voor een kliek van machthebbers. Alleen de republiek past bij art 1.

M: gelijkwaardigheid behelst automatisch recht op deelname aan beraad en besluit over hoofdzaken, zoals per referendum; waarna een ondergeschikt parlement zorgt voor uitwerking en controle.

G: Vergeet niet het rouleren om echte gelijkwaardigheid te bevorderen. Bevorderen want krijgen is een heel groot woord.

Muziek en zang van psalm 82 uit het oude Liedboek der Kerken klinkt. Iedereen luistert of zingt mee. Op de melodie is te varieren:

     God staat in 't midden van de goden,

     Hij heeft hen tot gericht ontboden:

     Gij machten die het onrecht stijft,

     bevoorrecht al wie kwaad bedrijft,

     hoort: gij moest wezen en geringen

     beschermen in hun rechtsgedingen,

     gij moest wat arm is en veracht

     vrijmaken uit der bozen macht.

               Gij die in hoogheid zijt gezeten,

               hoe doof en blind is uw geweten!

               Gij machtigen verzaakt uw plicht,

               om uwentwil versaagt het licht.

               Ik sprak wel: goden zijt gij allen.

               Ik had aan u mijn welgevallen.

               Maar neen, gij brengt de chaos weer.

               Ik stort u in de afgrond neer.

                                      Sta op, o God, en richt de aarde,

                                      Gij geeft aan alles recht en waarde;

                                      wat zich verheft als god en heer,

                                      bestraf het en breng vrede weer.

                                      Van U zijn immers alle volken,

                                      breek met uw lichtglans door de wolken

                                      en straal voor ons in majesteit,

                                      Gij Zon van de Gerechtigheid!




Geen opmerkingen: