Wat een Einsteinring genoemd wordt heeft eigenlijk een verkeerde naam. Het fenomeen ontstaat doordat fotonen het principe van least action gehoorzamen, met zo min mogelijk moeite of verbruik van energie een baan zoeken. Passeert een foton een grote massa dan is dit daarom op een pad waar het de laagste frequentie kan hebben met een zo klein mogelijk aantal trillingen. Waargenomen wordt een route niet vlak langs massa doch op enige afstand, hetgeen lenseffect heet. Niet vlak langs massa omdat daar hogere frequenties gelden ofwel in oude bewoording de tijd sneller verloopt. Dit betekent dat Einsteins algemene relativiteitstheorie fout is. Immers stelt deze dat tijd nabij massa trager verloopt, culminerend in stilstand bij een zwart gat. Hetgeen allemaal in tegenspraak is met het snelle verloop der processen in het prille zeer geconcentreerde heelal. Die "zwarte gaten" zijn mogelijk restanten of nieuwvormingen van de toestand in het jonge universum voordat dit doorzichtig werd. Merk op dat de gepubliceerde foto van een zwart gat precies richting Aarde een opening had in de stralingsgordel rondom om ons het ding te laten zien. Het was een geconstrueerde foto.
Voor kromming van de ruimte zoals Einsteins theorie behoeft zijn er geen werkelijke bewijzen of aanwijzingen; het is een mathematische opzet beschreven met Riemann wiskunde. Volgens Poincaré kan er met eenvoudige Euclidische meetkunde volstaan worden als de lengtemaat variabel genomen wordt. Dit is van belang bij atomen in velden met uiteenlopende zwaartekrachtspotentialen. Atomen verschillen dan in compactheid, in afmetingen en dat geldt eveneens voor de elektronenschillen. Terwijl de gravitatiepotentiaal een scalair is, die lineair verandert, zijn er met de opbouw van de elektronenschillen meer dimensies gemoeid en dat uit zich in benodigde energie. Dit nu vergt actueel onderzoek omdat atoomklokken daarom waarschijnlijk correctie behoeven. Populair gezegd vergen overgangen van elektronen in de ruimte minder energie dan op Aarde en waardoor die klokken hier beneden langzamer tikken.
Sedert de Schepping is er overal evenveel tijd verstreken maar klokken wijzen verschillend aan omdat ze niet in gelijke zwaartekrachtzones staan. Omdat energie een massa-equivalent heeft verandert de verdeling van massa in het heelal door elke lichtstraal. Als die verschillende gravitatiepotentialen doorkruist is daar energie bij aanwezig. Wordt die niet van buiten toegeleverd maar moet het foton die intern ophoesten dan krijg je bijvoorbeeld roodverschuiving. Zo wordt de tijdschaal van het heelal misschien rijp voor bijstelling. Er is geen wet van Meden en Perzen stellend dat de lichtsnelheid altijd en overal constant is. Wel wordt gemeten dat die op een bepaalde tijd en een bepaalde plek in alle richtingen hetzelfde is. Dit zou volgens Yanchilin komen doordat er een relatie bestaat tussen c en g, welke laatste een scalair is en in alle richtingen gelijk doch naar tijd en plaats veranderend.
De algemene relativiteitstheorie slaat de plank mis met analyse van roodverschuiving van zonlicht (The Quantum Theory of Gravitation, pag. 198 en volgende). NIST, het Amerikaanse Instituut voor maten en gewichten beweerde een atoomklok te hebben met een precisie van een seconde per miljard jaar. Dat is onjuist, het kan hoogstens zijn nauwkeurig tot op een miljardste per seconde omdat de wereld, het universum aan verandering onderhevig is. Dan is dus nog de actuele vraag of de aanwijzing van atoomklokken wel deugdelijk is.
Wat is zwaartekracht eigenlijk? Hoe massa ruimte zou kunnen krommen is nooit serieus verklaard. De beste theorie aangaande gravitatie tot nog toe is dat het een puur kwantummechanisch proces is. Yanchilin: Met hypothese dat massa de Heisenberg onzekerheid reduceert zullen er in de helft van een deeltje het dichtst bij een externe massa minder kwantummechanische overgangen (vergelijk het overkoken van melk) naar de verste helft zijn dan omgekeerd. Het nettoresultaat is dat het deeltje zich verplaatst in de richting van die externe massa, hetgeen in dagelijkse taal aantrekking door de zwaartekracht heet. Zie hier dus een verklaring die niet te moeilijk is om te begrijpen en best algemeen bekend mag raken.
Maar op de Universiteit van Amsterdam wil men van dit alles niets weten omdat men een eigen theorietje heeft ontwikkeld. Die lost echter niets op en is derhalve waardeloos. Bij de Vrije universiteit is Yanchilins boek naar de kelder gebracht en blijven de studenten onwetend, dom. Normaal in de wetenschap is repliek met liefst aanstippen waar fouten zitten, niet doodzwijgen. Omdat met correctie van atoomklokken cijfertjes ver achter de komma gemoeid zijn en men dus heel precies tewerk moet gaan is het moeilijk om zomaar een twee drie een sluitend betoog te geven. Maar het rekenwerk kan door wiskundigen uitgevoerd worden en hier ligt een kans voor geïnteresseerden. Allereerst moet dan uiteraard wel bekend zijn dat er mogelijk een probleem ligt bij die atoomklokken. Deze notitie is vooral bedoeld om daarop te attenderen zodat men aan de slag kan gaan.
De russische wetenschapper Vasily Yanchilin publiceerde onder meer in the Canadian Journal of Pure and Applied Science. Hij woont thans in New York en ware uit te nodigen voor een gastcollege met discussie. Dan wel eerst zijn boek lezen om geen vragen te stellen die al in het boek beantwoord worden. Mogelijk zit hij fout met analyse van de energie-uitwisseling in het Aarde-Maan systeem. Inleidend een artikel over zijn werk en standpunten is wellicht iets voor de krant.