donderdag 20 september 2007

vuistschermen




Vuistschermen
een technische sport
hoe het begon
De heer Hans Bambergen heeft toen hij boksleraar was aan de Universiteit van Amsterdam het vuistschermen bedacht en ontwikkeld. Voor ogen stond hem dat uit gewoonlijke bokspartijen ernstig hersenletsel kan resulteren omdat er zo hard mogelijk toegeslagen wordt. Zulke verwonding is catastrofaal voor intellectuele bezigheden. Maar het mooie van de bokssport zoals de techniek en de sportieve ontmoeting van twee mensen wilde hij behouden. Uit deze overwegingen kwam geleidelijk het vuistschermen voort.
Indertijd bestond het trainingsprogramma uit drie kwartier zaalvoetbal met benutting van de zijboarden totdat de leraar arriveerde en begon aan drie kwartier intensieve conditietraining. Daarna volgde een uur les in vuistschermen met ook sparring. Hierin waren reguliere harde boksstoten verwerkt, maar niet op het hoofd doch op getrainde buikspieren en uitgestoken beschermde hand.
het principe
Om veel kracht te ontwikkelen moet je stevig staan, met beide voeten goed op de grond zodat een grote keten van ingeschakelde spieren bij kan dragen. Flinke overdracht van energie bij een boksstoot resulteert ook uit snel bewegen. Wil de stoot effectief zijn dan moet je raken, met andere woorden dient de tegenstander binnen reach, binnen reikwijdte te zijn. Uiteraard probeer je zelf om zoveel mogelijk buiten de reach van de tegenstander te blijven. Daarom moet bij het vuistschermen voor het maken van lange rechte stoten begonnen worden van een positie buiten reach en zal de voorste voet slechts met de tenen de grond raken terwijl de knie hierop voorlijk is. Op deze wijze kan er niet optimaal hard gestoten worden maar ligt de nadruk op de techniek. Omdat de knie van de voorste voet tot voorbij de voet reikt neemt je reach een beetje toe. Aan te leren is hoe aldus een lange stoot gemaakt kan worden met niet meer dan een lichte touch op de tegenstander. Als de afstand bij het inkomen verkeerd ingeschat wordt of als de tegenstander onverwacht naar voren komt moet er voldoende controle over de stotende arm zijn om in te houden en niet meer dan die lichte touch af te leveren. Zulke beheersing is essentieel bij het vuistschermen. Vergelijk hoe een golfer soms moet doseren, hoewel die er alle tijd voor heeft.
Korte rechte stoten zijn bij het vuistschermen verboden omdat de verdediging hiertegen moeilijk tijdig te activeren is en onbeholpen sporters de ander kunnen blesseren.
Voor hoekstoten zul je moeten inkomen en binnen het bereik van de tegenstander's reach zijn. Ook deze stoten mogen niet harder aankomen dan als lichte touch, behalve als roffel net boven de gordel indien de tegenstander deze met getrainde buikspieren goed kan opvangen of daar beschermt met beide bokshandschoenen. Aangezien korte hoeken van de tegenstander bij het boksen minder effectief zijn dan stoten met een lange uithaal is het zaak om ter eigen bescherming ver in te komen. Tussen dit en buiten reach zijn ligt een gevaarlijke zone waarin niet gekampeerd hoort te worden. Na het buiten reach blijven komt als beste verdediging een zo klein mogelijk trefvlak vormen. Dit combineert uitstekend met de beschreven houding voor een lange rechte stoot met de voorste arm boven het voorste been, want de ene schouder zal hierbij vooruit steken terwijl de andere achter en buiten reach blijft.
stoot- en verdedigingstechnieken
De lange rechte stoot wordt bij het boksen vanaf de schouder ingezet om maximale snelheid en dus het grootste effect van energie overdracht, zeg maar de hardste klap te krijgen. Bij karate wordt gelijktijdig de andere arm pijlsnel teruggetrokken, want dit vergroot nog de snelheid van de voorwaarts gaande arm. De techniek mag in het vuistschermen niet verwateren tot aaien vanuit een positie met halfuitgestoken armen, want zo ontstaan er gaten in de verdediging. Rechte stoten van de tegenstander horen met open bokshandschoen opgevangen te worden. Dit is de beste verdediging want de hardste stoten doen in die handschoen geen pietsie zeer. Bij gesloten handschoen kan de stoot van de tegenstander afglijden en alsnog gevoelige delen, en dat zijn de meeste, van je lichaam kwetsen. Die open verdedigende handschoen bevindt zich naast de voorste schouder en vindt enige steun tegen de borst. Wordt er hoger of lager gestoten dan schiet de handschoen naar die plek om op te vangen. De andere arm blijft ondertussen vrij voor een tegenstoot. Met armen en handschoenen wordt het lagere deel van het bovenlichaam beschermd
De lange hoekstoot komt wel voor maar goede gelegenheid hiertoe biedt zich niet zomaar. De tegenstander moet om een of andere reden een gat in zijn verdediging laten vallen. De korte hoekstoot wordt omdat we met een technische sport bezig zijn ingezet vanaf schouderhoogte. Als verdediging dient de buitenkant van de bokshandschoen. De opstoot daarentegen wordt weer opgevangen met de binnenkant van de handschoen. Bij dit alles is het zeer belangrijk om het hoofd zoveel mogelijk boven de voorste schouder te houden. Het totale trefvlak wordt hierdoor kleiner en het vergemakkelijkt dus de verdediging. Een bijzondere stoot is de zijwaartse op iets meer dan gordelhoogte na een kwartslag gebogen ingedraaid te zijn. Bij het sparren kun je er een puntje mee scoren en zodoende met het totaal daarvan je bedrevenheid illustreren.
de counter
In het sportieve gebeuren van het vuistschermen is de counter wel een van de mooiste acties. Begin met te oefenen in slow motion en laat je partner inkomen binnen raakafstand voor een lange rechte stoot met de voorste vuist die gericht is op jouw verdedigende handschoen. Die steunt tegen het lichaam, zo ver mogelijk naar voren op schouderhoogte. Bijna gelijktijdig vertrekt van jou de counter die hij net zo opvangt. Stoten uitgedeeld betekent terug naar positie buiten reach en oefen dit niet door te wandelen maar met een shuffle waarbij het voorste been voor blijft. Als het wat begint te lijken maak dan een serietje stoten. Wat verder gevorderd is het de moeite waard om met de tegenstoot die van de aanvaller te ontkrachten door het buiten koers brengen. De counter moet dan zo nauwkeurig uitgevoerd worden dat ie laag over de aanvallende arm scheert en deze iets naar beneden drukt. Bij perfecte uitvoering slaagt de counter maar de aanvalsstoot van de tegenstander niet .Omdat het soms niet lukt een, twee, drie te wijken naar een positie buiten de reikwijdte van de tegenstander gaat het counteren van korte hoekstoten dikwijls een tijdje door. Om en om met links en rechts hoeken valt af te wisselen met achtereen herhalingen van dezelfde vuist.
Prima is het duiken, het ontwijken van de hoekstoot met flink door de knieen zakken. Wel het hoofd rechtop houden en niet gewillig voorover buigen om van de tegenstander te incasseren. Om na het duiken een tegenaanval met een goede hoekstoot te maken ben je enige ruimte nodigen daarom wordt er niet tegen de ander aangekropen, tenzij je op dat moment niet in staat bent om te stoten. Het duiken is evenzeer een goede verdediging tegen een lange rechte stoot, maar de meesten zijn hier niet voldoende op getraind doordat het lichaam er bij voorbeeld op de fitness niet op voorbereid werd. Een stoot met de armen kan zeer snel verlopen en omdat bij te benen met duiken moet je razendsnel zijn. Dat is ook al zo bij het duiken op een hoek, maar hier kan gecombineerd worden met zijwaarts wijken, wat iets meer respijt verschaft. Vergeet niet dat zijwaarts bewegen om de stoot te ontlopen, hetzij met alleen het hoofd, met het bovenlichaam of met je hele persoontje eersteklas vakwerk is. Bij eerst ter verdediging op een of andere manier wijken en daarna de strijd voortzetten met een lange aanvalsstoot zal de tegenstander in het algemeen die kunnen pareren met een counter.
combinaties
Om te misleiden komt het hoofdstuk schijnbewegingen ter sprake. Aan een schijnbeweging die niet opgevolgd wordt door een werkelijke stoot heb je niets en dus gaat het richting combinaties. Een schijnbeweging moet een overtuigende indruk maken en dat is niet het geval bij dol met je armen heen en weer zwaaien op eigen helft van het reachdomein terwijl de ander verbaasd staat toe te kijken. Totdat hij besluit om er doorheen te stoten! Een linker rechte stoot van boven de linker voorpoot mag opgevolgd worden door een lange rechtse als de verdediging van de tegenstander dat toelaat en hij nog niet tot eigen aanval overgaat of gecounterd heeft. Om te raken met de essentiele lichte touch zul je bij die rechterstoot een tikkeltje, maar wel nauwkeurig moeten inkomen. Immers blijft de rechterschouder waar je rechterarm aan vast zit bij goede vuistschermstand net buiten reach in geval met aanval links lang. Eerst een schijnstoot met links tot op driekwart armlengte en daarna iets inkomen voor de lange rechterstoot is een mooie en niet zelden effectieve combinatie. Het kan aanleiding geven om verder in te komen voor hoeken en roffels. Deze laatste iets boven de gordel op gespannen stevige buikspieren of beschermende handschoenen en zo dicht mogelijk bij de tegenstander met ook het hoofd idem om hem niet gemakkelijk te laten hoeken.
Omdat we met sport bezig zijn worden ook verantwoorde harde stoten ingepast en leraar Bambergen gaf hiertoe de volgende instructie: De een steekt met de bovenarm tegen het lijf en de onderarm horizontaal naar voren zijn geopende bokshandschoen uit. De ander komt van buiten reach in om daarop een hoekstoot te plaatsen. Daartoe worden beide voeten maximaal stevig op de grond geplaatst voor een verwoestende uithaal tegen die handschoen met daarin de goed beschermde hand van het maatje. Je zult zien dat die hand helemaal opzij vliegt en de bokser nog doordraait als hij echt optimaal bezig is. Dit uitleven wordt gevarieerd door de uitgestoken te treffen hand met handschoen hoger of lager te houden. Evenzo is het oefenen van lange rechte stoten al dan niet hard mogelijk op open naar voren gerichte handschoen op diverse hoogte iets naast het lichaam. Besluit dit stukje training met wisselende combinaties in hoog tempo op uitgestoken hand voor harde hoek, harde rechte en harde roffel. Men rape de partner netjes op als hij uitgeput neervalt.
sparren
De leraar of bij ontbreken daarvan de vuistschermers zelf moeten er op toezien dat letsel door te harde stoten voorkomen wordt. Beginners hebben nog niet de precieze controle over arm en vuist, zodat zij bij tegenweer soms te hard zullen raken naast uiteraard de vele missers. Daarenboven kan het gebeuren dat als zij zelf voortdurend met de lichte touch getroffen worden er enige geestelijke verwarring bij hen ontstaat: Sommigen raken lichtelijk in paniek en vergeten het verschil tussen vuistschermen en boksen of ook straatvechten. Anderen menen dat die met de lichte touch aanvallende persoon eigenlijk maar een watje is die niet hard weet te slaan en er bestaat kans dat ze op ongeoorloofde manier proberen te overtroeven. Men kan afspreken dat er pas gespard wordt als de voettechniek in orde is. Anders zullen er misschien sterretjes verschijnen. Soms zijn er beschermkappen beschikbaar en het is niet slecht om die te gebruiken. In elk geval moet er gepraat worden met verduidelijking van het verschil tussen boksen, waarin het vooral gaat om de partij te winnen, en vuistschermen, waarin op beheerste wijze fraaie technieken van stoten, verdediging, combinaties etcetera ontplooid worden. Het blijkt niet goed doenlijk om punten van treffers te tellen, want de ene sparringpartner is dikwijls iets voorzichter met zijn maat dan omgekeerd. Of hij is gewoon bezig niet met boksen om te winnen maar met vuistschermen als technisch hoogstaande sport.
Maar al te vaak komen bij de sport slechts tegenstanders het veld of de ring in, terwijl het basisoogmerk van deze bezigheid toch is het bereiken van lichamelijke ontplooiing. In het tennis is een diepere reden voor de weigering om familie of kennissen op de spelersbank toe te laten dat de sporters met elkaar een relatie aangaan. Die mag niet verstoord worden door derden. Zij mogen niet dichtbij komen maar kunnen vanaf de tribune gadeslaan hoe de sporters er samen iets van maken. Dus is het zo gek nog niet uit geestelijk oogpunt bekeken om voorafgaand aan de vuistschermtraining samen een teamsport te bedrijven zoals dat zaalvoetbal en op de conditietraining oefeningen met z'n tweeen in te lassen. Ondertussen: wie van het vuistschermen wil overstappen naar het klassieke boksen zal meegekregen hebben behendigheid en controle over het lichaam, alsook respect voor de sport-partner of tegenstander. Dat strekt tot voordeel. Het omgekeerde, van boksen naar vuistschermen gaan, komt weinig voor doordat men niet bekend is met de door Bambergen ontwikkelde vorm van sport. Misschien ook omdat boksers uitgeblust raken na jaren van harde training en practijk zonder de speelsheid die voor het vuistschermen kenmerkend is.
Voor een eerste praktische kennismaking met boksport en vuistschermen kan een boksbaal opgehangen worden, die met enige aanwijzingen van een kenner op verschillende manieren te bewerken is. Met dit hulpmiddel kunnen te voor en te na kracht en snelheid ontwikkeld worden. Test jezelf door de boksbaal zo ver mogelijk uit balans te houden met een regen van stoten. Omdat een niet te lichte grote boksbaal evenzo geschikt is voor het oefenen van trappen krijgt de adspirant allicht gauw een idee aan welke van de sporten boksen, vuistschermen, karate, kickboksen en dergelijke hij voorkeur geeft, althans die eerst wil proberen.
wat ben je?
Van West- naar Oostafrika gaande neemt het percentage fast twitch of snelle spiervezel in de lichaamscellen af en dat van de slow twitch of langzamere toe. Voor de moderne tijd weerspiegelde zich dit ondermeer in de duur der "werktijden" en tegenwoordig is het verschil manifest bij sprint en marathon. De mensheid in andere werelddelen zit ergens tussenin. Je kunt dat percentage niet veranderen maar wel door gerichte training de cellen van het ene of andere type vergroten, zodat je qua prestaties opschuift.
In de spieren wordt bij inspanning om te bewegen eerst een tiental seconden adenosine trifosfaat aangesproken, hetwelk iets krachtiger is dan de beide andere energie leveranciers, te weten dat van het enige minuten actieve melkzuursysteem en het daarna werkzame proces van vetverbranding met zuurstof. Ga na hoe bij het vuistschermen het bovenstaande ingeschakeld wordt en hoe dit past bij jouw lichaam.
In de fitness kan worden getraind op shaping - dat is met lichte belasting van een 25% der maximaal mogelijke inspanning. De belasting mag niet hoog zijn, want anders houd je het niet lang vol en wordt er te weinig vet verbrand als je te dik bent en een mooier lichaam wilt. Vergeet niet om etiketten op je voedsel te lezen als je aan shaping toe bent, inbegrepen die van koffiemelk. conditie - hierbij is de belasting ongeveer 50% en vaak wordt er per spiergroep enige minuten lang getraind. hypertrofie of spieropbouw - wordt het best bereikt met belastingen van 60 tot 80% in 4 a 6 series met elk 6 tot 12 reps of herhalingen. explosieve kracht - gaat to 100% en is nodig om op westrijden optimaal te presteren. Maar er is afwisseling met lichtere training omdat anders de spieren niet voldoende geprikkeld worden en er "gewenning" optreedt. 100% betekent dat je de oefening, bijvoorbeeld bankdrukken, 1 keer kunt uitvoeren. Lukt het tweemaal dan zit je op 95%; 12 x komt overeen met 65%, enzovoort. De spiercellen reageren op training eerst met afbraak vanwege de belasting en daarna is er een enige dagen durende herstelfase met supercompensatie. Om dit proces voldoende tijd te gunnen mag eenzelfde spiergroep niet vaker dan een paar keer per week zwaar belast worden.
----------------------------------------



Geen opmerkingen: