vrijdag 23 december 2011

MMXII Driekoningen

                 Welles Nietes
 
Er staat op de Dam te Amsterdam een piepklein oud caravannetje waaruit een jonge vrouw komt met een bruin profetenkleed en sandalen aan. Ze haalt een bord of doek te voorschijn en hangt die hoog naast de caravan op. Daarop staat geschreven:
Jesaja 11:1-10
Maar uit de stronk van Isai schiet een telg op,
een scheut van zijn wortels komt tot bloei.
De geest van de HEER zal op hem rusten:
een geest van wijsheid en inzicht,
een geest van kracht en verstandig beleid,
een geest van kennis en eerbied voor de HEER.
Hij ademt eerbied voor de HEER;
zijn oordeel stoelt niet op uiterlijke schijn,
noch grondt hij zijn vonnis op geruchten.
Over de zwakken velt hij een rechtvaardig oordeel,
de armen in het land geeft hij een eerlijk vonnis.
Hij tuchtigt de aarde met de gesel van zijn mond,
met de adem van zijn lippen doodt hij de schuldigen.
Hij draagt gerechtigheid als een gordel om zijn lendenen
en trouw als een gordel om zijn heupen.
Dan zal een wolvin zich neerleggen naast een lam,
een panter vlijt zich bij een bokje neer;
kalf en leeuw zullen samen weiden
en een kleine jongen zal ze hoeden.
Een koe en een beer grazen samen,
hun jongen liggen bijeen;
een leeuw en een rund eten beide hooi.
Bij het hol van een adder speelt een zuigeling,
een kind graait met zijn hand naar het nest van een slang.
Niemand doet kwaad, niemand sticht onheil
op heel mijn heilige berg.
Want kennis van de HEER vervult de aarde,
zoals het water de bodem van de zee bedekt.
Op die dag zal de telg van Isai
als een vaandel voor alle volken staan.
Dan zullen de volken hem zoeken
en zijn woonplaats zal schitterend zijn.

Als ze klaar is met het ophangen kijkt ze rond en spreekt (onhoorbaar voor het publiek) een passerende jongen (acteur) aan, wijzend naar de caravan en naar een plek voor de caravan. De jongen gaat de caravan binnen.
Van de andere kant komt een meisje aangelopen en die wordt idem overgehaald om even te helpen.
De jongen en het meisje plaatsen op aanwijzing van de jonge vrouw een soort schildersezel en halen uit de caravan, samen dragend, een grote foto met het hoofd van Donner, waaromheen op de foto in grote en kleine letters Ik, IK, ik, iK, etc. genoteerd staat.
De jonge vrouw neemt een lange aanwijsstok in de hand en duidt daarmee het woord "beer" in de tekst van Jesaja aan.
Een professor in toga en met op zijn hoofddeksel duidelijk leesbaar de woorden Vrije Universiteit komt uit het publiek naar voren en probeert met zijn staf de aanwijsstok weg te halen van het doek of bord. Hij kijkt nijdig en schudt het hoofd.
De jongen en het meisje halen een volgende foto uit de caravan met daarop het hoofd van een glimlachende Cohen, waaronder genoteerd is: Ik pak een ton en jullie krijgen een stadspas.
De jonge vrouw wijst het woord leeuw aan en de professor haalt weer de aanwijsstok van die plek met zijn staf, waaraan mogelijk een rinkelend belletje.
Op de volgende foto met het hoofd van Obama staat bijgeschreven: Westpapoea? Nooit van gehoord. De jonge vrouw wijst niets aan maar praat wat (onhoorbaar) met de jongen en het meisje. De professor krabt zich achter het oor.
Vervolgens het hoofd van Roemer en erbij: Ik ben Emil Roemer van de SP en roep Leve de koningin, Hiep hiep, hoera. De jonge vrouw wijst het woord slang aan; de professor haalt zijn schouders op.
Hierna wordt een foto met het hoofd van Beatrix Amsberg aangedragen, met erbij in grote letters: Ik ben van adel. De jonge vrouw wijst het woord wolvin aan. De professor van de VU tracht weer de aanwijsstok neer te halen.
Dan wordt er uit de caravan een prent gehaald, voorstellend de chef van de VU en met intelligent ogend brilletje. Er onder staat; Opperbobo van de Vrije Universiteit, salaris 2,5 ton. In een wolkje: Wat flauw dat Geen Stijl mij een graaier noemt. De vrouw gebaart naar de jongen en het meisje om de tekening terug te leggen in de caravan omdat het geen bekende persoon betreft. De professor maakt ondertussen kunstjes met zijn staf.
De zevende foto betreft het hoofd van Rutte en de jonge vrouw wijst eerst "kleine jongen" aan, waarop de professor glimlacht, daarna "rund" waarop de professor zijn staf gereed maakt voor actie en uiteindelijk "panter", hetgeen een definitief uit handen doen geraken van de aanwijsstok (door de professor) inluidt.
 
Er komen drie kamelen van de oostzijde van de Dam aangereden met daarop drie rijk uitgedoste personen met resp. blanke, bruine en zwarte huid. Ze houden stil bij het caravannetje en stellen zich vragend daarvoor op.
De professor lacht tegen hen en wijst op de foto van Rutte. Er komt geen reactie van de drie en de jongen en het meisje leggen de foto terug in het caravannetje. Zo gaat het een voor een met alle fotos en nog steeds is er geen reactie van de Drie Koningen. Dan komt de jonge vrouw naar voren en wijst in de richting van de Nieuwe Kerk; dit herhaaldelijk en met de handen een kerk uitbeeldend omdat het eerst niet begrepen wordt. De kamelen worden vervolgens daarheen gestuurd en de Drie Wijzen stijgen af voor de kerkdeur. Die blijkt evenwel gesloten te zijn en er hangt ook een groot spandoek boven de deur, zoals blijkt bij belichting door een zaklantaarn; het woord GESLOTEN wordt zichtbaar. In draf gaan de kamelen met hun berijders terug naar waar ze vandaan gekomen zijn.
 
Bij opvoering voor de televisie kunnen ze ook nog voor de dichte deur van de Westerkerk verschijnen. Binnen zingt men keihard en eisend het derde couplet van het "Komt verwondert u" in de roomse versie zonder t in de eerste regel (ook al hoor je het verschil niet als je niet oplet), waarbij een egotrippende organist de gemeentezang gaat overstemmen zodanig dat er mede vanwege resonanties wanklanken ontstaan en God zijn oren dichtstopt. Als dat niet reeds het geval was vanwege de kwezelliedjes die er de laatste tijd gebracht worden. De wijzen krijgen geen koffie zonder koekje in plastic bekertjes van de kerkelijke autoriteiten. In de St Nicolaaskerk, waar men vaak betere muziek produceert behoudens saaie herhalingen, wordt verwacht dat men daar een kleinigheid voor betaalt. Maar ja, daar eet men eerst god op, althans een derde deel ervan.
De opvoering kan op de televisie de hele nacht herhaald worden. Het beeld mag plotseling verschuiven naar de grote mooie kerstboom op de Dam waaronder met pakjes beladen winters geklede mensen voorbij lopen en hollen. Ondermeer dragen twee personen aan een lange stok over hun schouder een groot pak van De Bijenkorf; bijschrift op het pak naast de winkelnaam "'s zondags extra leuk winkelen, gezellig!" De pakjes komen in beeld en worden (getekend) door een zittend vadsig personage opgeslokt.
Op 6 januari kunnen de kamelen overdag het Damplein doorkruisen met uitdeling door de heren erop gezeten van (verpakte) punten der "Driekoningen-tulband-cake" aan de kinderen aldaar. In elke cakepunt zit een erwt, want lieve kinderen zijn toch allemaal prinsen en prinsesjes?
 
Muziek mag eigenlijk niet ontbreken en naar een slotlied door de acteurs met refrein van het publiek wordt nog gezocht. Hierbij kunnen straatmuzikanten ingeschakeld worden.
Het caravannetje is beschikbaar uit stalling De Ganzenhoeve te Zeewolde.

 

Geen opmerkingen: