maandag 27 mei 2013

vertel-mee-liedjes



           Ballade brokken
 
1.  Ik ben maar een nul en ik weet wel waarom:
     'k werd heel stom een oranje-fascist.
     Nou zit ik hier van gelijkheid ontrecht,
     als pion in d' NL piramide heel slecht.
     Die bobo's, zij pikken met list.
 
2.  Piet Snot en Trijn, hun namen zijn erg klein;
     hun daden worden groot, hun daden worden groot
     als zij verwinnen d'oranjevloot/d' regentenboot.
 
3.  Die Willem was/is niet zuiver;
     van Karel V een knecht/van Rutte II een knecht;
     een religieuze schuiver/een geld en status schuiver,
     gewoon volk niet gehecht.
     Naar macht en baas zijn streven,
     zich achten superieur,
     geldt ook reeds in dit leven
     bepaald als inferieur.
 
4.  Gelukkig is het land dat God de HEER beschermt
     als de fascist zijn hand opheft en vluchtling kermt.
     Rijst op en weest paraat, weg met d'regentenstaat!
     Ref'renda zullen zijn; het volk is souverein.
 
5.  Elke man/vrouw in Nederland
     voele zich gelijk en waardig,
     strijde tegen lui boosaardig,
     dele uit met gulle hand.
     Samen meester, niemand knecht: dat is recht.
     Dappre geest gebruik verstand
     voor een heerlijk vaderland.
 
6.  In naam van de krakers doe open de poort, deez' jongren zij willen een huis!
     "Den Haag" heeft het recht op een plekje versmoord; zo is' t in dit land heel niet pluis.
     Het Groot Gebod van God de HEER is delen altema-al.
     Wij houden ons aan deze leer
     en plukken, maar niet kaal (bis).
 
7.  In de grote groene polder
     dwalen democraten rond,
     reflecterend op de kolder
     na de peiling van De Hondt.
     Haagse heren hebben op til
     wat het volk toch gans niet wil.
     Hoe ver is gelijkheid, waar blijft toch de blijheid
     en vrijheid.
 
8.  Wie 't rode bloed door d'adren vloeit
     van blauwe smetten vrij,
     wie 't hart voor recht en vrijheid gloeit
     verheff' zijn stem als wij.
     Hij jage weg de bobo-clan,
     neemt op beraad, besluit.
     't is hier toch geen Bananastan
     dus spreek en doe vrijuit.
 
9.  Edel en hoog geboren                    Humain par la sagesse
     als mens naar Godes beeld           de Dieu le Createur
     zoek ik rechtens behoren               nous cherchons en noblesse
     de vrijheid onverheeld.                  la liberte d' tout coeur.
     Om 's HEEREN aardse gaven         Le droit pour chaque tete
     te proeven met verstand                s'appelle egalite
     bied ik mijn  broeder haven            Sur Terre se rend une fete
     deel oogst in dit rijk land.               plein de fraternite.
 
          melodie:  g g g fis f e c
                          d d c' b gis a
                          g f e d d f
                          e g e d e d c
                          b_ d d g d f e
                          a gis gis a c' b
                          c' e g f e d f
                          a g e d e d c
 
10.  Waar de blanke top der duinen
       of de rots aan Saba's strand
       achter zich bergt rijke tuinen
       da-ar ligt mijn vaderland.
       'k Begroet u als ik wederkeer
      -geen zee te hoog!- van heinde en veer.
      'k heb u lief mijn Nederland (bis).
    
     
 
 
    
 
      
 

Geen opmerkingen: