donderdag 17 januari 2019

toen, 100 jaar geleden

          vergat men interne energie mee te nemen 
NIST beweert een atoomklok te hebben die minder dan een seconde per miljard jaar afwijkt. Dit kan niet juist zijn omdat het heelal uitdijt. Bedoeld wordt dat hun klok slechts een miljardste per zoveel jaar of een biljoenste per seconde uit de pas loopt. Bij metingen met atoomklokken wordt het gemiddelde van een verzameling genomen. In het onderstaande stuk wordt gesproken over meting van het aantal frequenties van een laserstraal gedurende en vrije lange periode, maar in de practijk zal men toch wel uitkomen op gebruik van atoomklokken. Wellicht kan de Rijks Universiteit Groningen, die het boek in de bieb heeft, er een stuk aan wi
             meten in de kelder en op zolder
In 1919 werd er met metingen aan de baan van de planeet Mercurius bevestiging van de algemene relativiteitstheorie gevonden, zo dacht men. Vergeten werd evenwel de interne energie te beschouwen en als dat gebeurt blijft er van het vermoede bewijs niets over. Nog steeds heeft die theorie van Einstein veel aanhangers onder sterrekundigen hoewel de basis ervan, namelijk dat de tijd nabij massa sneller verloopt, in strijd is met de snelle processen in het jonge en zeer geconcentreerde heelal. Ook harmonieert het algemeen aanvaarde principe van least action er niet mee: Een foton zoekt de gemakkelijkste baan, kiest een route met zo groot mogelijke stappen -oscillaties van lage frequentie- en daarvan zo weinig mogelijk. Waargenomen wordt niet een pad vlak langs massa maar op enige afstand waar de tijd minder snel verstrijkt en de oscillaties daardoor lagere frequentie hebben.
Zwarte gaten, negatieve energie, inflatie en en versnelde uitdijing van het universum berusten allemaal op die foute algemene relativiteitstheorie. Het zijn zaken die natuurkundig niet kunnen bestaan  en daarom als fantasie beschouwd moeten worden.
Maar metingen met atoomklokken hebben toch bewezen dat dichter bij de Aarde de seconde langzamer gaat dan in een vliegtuig? Vasily Yanchilin legt hierover uit op zijn site top-formula.net, in zijn boek The Quantum Theory of Gravitation (2003) en in the Canadian Journal of Pure and Applied Science, june 2018 en stelt een proef voor: Meet de frequentie van een laserstraal aan de voet van een toren en aan de top en je zult zien dat Einstein er naast zat. Nu is bekend dat er roodverschuiving optreedt, zowel van zonlicht richting Aarde als van laserlicht gaande naar de top van de toren waar de zwaartekracht iets kleiner is. Dit wordt veroorzaakt doordat het foton de zwaartekracht moet overwinnen en omdat de seconde daarboven trager is. Roder licht betekent minder frequente oscillaties, langzamer verloop van de tijd. Zie voor meer het boek. Waar zit dan de fout? Wel, de atoomklok meet z'n tikken aan de voet tijdens de duur van een seconde zoals die geldt onderaan de toren. Dit kan uitkomen op een aantal tikken dat kleiner is dan wat gemeten wordt gedurende de seconde die geldt op de top indien de algemene relativiteitstheorie correct is. Het is niet precies bekend in welke mate er afwijkingen zijn bij het verspringen van electronen als het atoom kleiner wordt; zoals het geval is nabij massa omdat daar de lengtemaat krimpt. Voor overgang van electronen is dan meer energie nodig, kortom verandert de "drempel waarover heengesprongen" moet worden; de frequenties nemen toe. Misschien is het beter om voor theoretische analyse die klokken even buiten beschouwing te laten en te concentreren op de laserstraal aan de voet van de toren gaande naar boven of om sneller resultaat te bereiken vanaf het strand van Tenerife naarhet observatorium op 2000 meter hoogte. In de practijk zal echter gewerkt moeten worden met die klokken. Als boven er 1 seconde verstrijkt zal dat volgens de nieuwe theorie beneden meer dan een seconde zijn en dus wordt  het aantal trillingen dat beneden optreedt groter indien beschouwd in de periode van 1 seconde boven. De meetinstrumenten moeten na een paar weken bij elkaar gebracht worden om na te gaan waar het grootste aantal op verschenen is. Als het apparaat dat boven stond meer aanwijst dan heeft Einstein gelijk, bij het omgekeerde moet zijn theorie als onjuist afgedaan worden. Het gaat over moeilijke stof om snel te begrijpen en Yanchilin kwam pas recent op de proppen met dit experiment hoewel hij in 2003 al de nieuwe theorie publiceerde. Zijn boek werd op de Amsterdamse universiteiten verstopt in een afgelegen magazijn zodat de studenten er moeilijk bij kunnen en onwetend blijven. Voor meer info in korte samenvattingen kan men zoeken op onderstaande site, maar het is uiteraard beter om Vasily Yanchilin uit te nodigen voor een gastcollege met aansluitend discussie.
In de Oudheid waren het de filosofen die de logica van stellingen onderzochten en had dit ook in de tegenwoordige tijd plaats gevonden dan was er een storm van kritiek op die algemene relativiteitstheorie gekomen. Misschien worden de dames en heren thans te goed betaald en leunen zij vet tevreden achterover. Het hele wereldbeeld verandert in de nieuwe theorie met zelfs bepaling van de opschuivende grens van het heelal. Maar van versnelde uitdijing van het heelal is geen sprake meer en de hiervoor verleende Nobelprijs dient terug gegeven te worden.

Geen opmerkingen: